Uw lerares
Dianne Merrill
(Engels)
Staalwol en schoonmaakmiddel Om koper basismateriaal schoon en vetvrij te maken. Gebruik als schoonmaakmiddel bijv. puimsteenpoeder.
Koper Puur (rood) koper om op te emailleren, in vorm gezaagd, 1 mm dik
Scalex Om het koper schoon te maken en/of om oxidatie te voorkomen (naar keuze)
Emailles 50 gram van elk, 80 mesh, opaak, transparant, opaliserend (middelhard brandende kleuren zijn standaard). Voor de onderlaag 500 gram gewassen harde transparante fondant nr 2040 (flux) en 500 gram opaak wit, nr 1010. De harde fondant moet gespoeld worden tot het water helder is, laat het drogen tussen vochtopnemend papier en bewaar in een goed af te sluiten pot. Dit noemen we het wassen van emailles; alle transparante emailles hebben deze behandeling nodig. De opgegeven nummers zijn Thompson’s ordernummers.
60 mesh zeefjes 60 mesh zeefjes (voor 80 mesh emaille), een voor elk van de twee onderlagen.
Zilver cloisonné draad Is 100% fijnzilver. Cloisonnédraad is lintvormig en kan in vele maten gebruikt worden. Bijv. 0,25×1 mm, een in Amerika standaard te verkrijgen cloisonnédraad (moeilijk te buigen). Ik gebruik een draaddikte van 0,1×1 mm. Of koop fijnzilverdraad van 0,4 mm rond en wals dit uit tot een dikte van 0,08×1 mm, ook een goede maat. Deze dunnere draden zijn zeer geschikt voor fijn, ingewikkeld werk en laten je carborundumsteen niet dichtslibben bij het afslijpen van je werk.
Gedemineraliseerd, gedistilleerd water Voor het uitwassen en verwerken van emailles. Koop een flinke voorraad.
Verstuiver of druppelfles Om water te verstuiven over nat aangebrachte emailles, de druppelfles om je stukken nat te houden terwijl je aan het werk bent.
Klyrfire (Thompson) Laat Klyrfire verdampen en indikken om de draden “vast te plakken”. Kan verdund worden met gedistilleerd water om schalen of kommen te bevochtigen als verticale vlakken geëmailleerd moeten worden.
Afsluitbare potjes Om gewassen emaille in te doen tijdens het nat opbrengen van emaille.
Stalen pincet, puntvormig Voor het hanteren, buigen en stellen van de draden.
Schaartje Een klein, recht (manicure)schaartje voor het knippen van de draden.
Spatels Kleine spatels voor het opbrengen van de natte emaille in de cellen (handgemaakt, afgedankte tandartsschrapers, wasmodelleergereedschap, paletmesjes)
Aquarelpenselen Kleine marterharen penselen (fijne punt, goed taps)om fout aangebrachte emaille of kleine stofdeeltjes van de emaille weg te nemen.
Oven Elke oven met een binnenruimte waarin je roostertjes passen is oké. Een pyrometer is noodzakelijk. Ik gebruik een Firemaster met pyrometer. Ik geef de voorkeur aan een oven waarbij de deur opengaat als een ijskastdeur, liever dan zoals bij een gasoven waarbij je over de hete deur moet buigen.
Standaardjes Om de werkstukken te ondersteunen aan de randen tijdens het branden.
Roosters Worden gebruikt om de standaardjes op te zetten zodat deze veilig in en uit de oven getild kunnen worden.
Vuurvork Om roosters in en uit de oven te zetten (een barbequevork werkt ook).
Carborundum slijpstenen Om geoxideerde randen schoon te maken en om het emaille af te slijpen.
Glasborstel Om alle sporen van slijpresten van emaille en carborundum te verwijderen, na het afslijpen. NB. Touwomwonden glasborstels gebruiken. Er zijn ook met tape omwonden glasborstels maar die kunnen gecombineerd zijn met lijm, welke in je werk kan uitlekken!
Papieren zakdoekjes/keukenrol Om overtollig water op te deppen (en alleen daarvoor gebruiken!).
Typ-papier for blotting up excess water (and only for that use).
Typing paper Om op te werken. (Gebruik geen papier waar vet in is verwerkt, dit kan het koper vervuilen, je drager, en kan later de onderlaag afstoten).
Fluorwaterstof (zuur) Om fout gebrande emaille te verwijderen. Levensgevaarlijke chemicalie indien niet volgens de richtlijnen gebruikt.
Hamerhandstuk Voor het mechanisch verwijderen van fout gebrande emaille.
   
NB Bovenstaande lijst is samengesteld met als doel alles aan te schaffen dat nodig is om een eigen werkplaats in te richten en om emailles te maken om ervan te leven. De hoeveelheden emailles/koper kunnen naar beneden bijgesteld worden als je het gewoon voor je plezier doet. Ik gebruik koper als ondergrond, drager. Theoretisch kan er ook op goud, zilver, staal en wellicht nog andere metalen geëmailleerd worden. De beschreven methode werkt perfekt op koper en zal je een goede werkwijze bijbrengen die ook toegepast kan worden op andere dragers. Ik geef de voorkeur aan koper vanwege kleurgebruik en kostenaspect.
   

 

Werkwijze voorbereiding van de ondergrond (drager)Ik werk over het algemeen aan verschillende stukken tegelijk. De meeste stukken zijn niet groter dan 7,5 cm in doorsnede, grotere moeten een minuut of zo langer gebrand worden.

Plan “A” basesCleaning

  • Neem je koperplaatjes en bedek de voorkant met scalex
  • Laat drogen
  • Bedek de achterzijde met scalex
  • Laat drogen
  • Leg de koperplaatjes op een gaasje. Brand gedurende twee minuten op ong. 760°C
  • Laat afkoelen
  • Scalex afschilferen
  • De plaatjes zijn nu schoon, dus houd ze aan de randen vast vanaf nu.

OpbollenDoor het branden is het koper uitgegloeid. Het plaatje kan in plastic folie gewikkeld worden om het schoon te houden, en met je duimen kan het in een holling in een houten blok of in een kleine kom iets bol gemaakt worden. Deze stap is naar keuze. Bij sterkere vervorming van het metaal moet nogmaals gegloeid worden.

Emailleren van de basislaag

  • Hoogsmeltende emaille! Zeer belangrijk.
  • Bedek voorkant met scalex. Laat drogen.
  • Zet de werkstukjes in een rij op houten latjes op een vel schoon papier met de achterzijde boven. Penseel een laagje Klyrfire, en zeef een dun laagje hoogsmeltende emaille over alle werkstukjes.
  • Zet ze op een gaasje, zoveel als er op kunnen.
  • Brand gedurende twee minuten op ong. 760°C
  • Laat afkoelen.
  • Schilfer de scalex af.
  • Zet rijen werkstukjes op de houten latjes, voorkant boven, voorzichtig , raak het blanke metaal niet aan. Penseel een laagje Klyrfire, zeef dan een laagje hoogsmeltende emaille over de voorkanten, gelijkmatig en dun.
  • Zet elk werkstuk op een afzonderlijk standaardje, brand drie minuten op ong. 870°C tot het emaille volledig uitgesmolten is.
  • De van fondant voorziene stukken moeten er helder en schoon uitzien. Zo niet, nogmaals branden op hogere temperatuur. Laat afkoelen terwijl je de volgende stukken brandt.
  • Met een carborundumsteen de kantjes afslijpen, onder stromend water (om het oxide te verwijderen).

Voor de basislaag gebruik ik Thompson’s harde flux nr. 2040 of Thompsons harde witte ondergrond nr. 1010, afhankelijk van het kleureffekt dat ik wens. Dit zijn beiden harde emailles die nooit door de kleurlagen heen bubbelen of tegen de wanden van de draden opkruipen. Plan “B” basesSchoonmaken

  • Clean copper with steel wool (not soap pads !!which contain lard) and cleanser, until bright and clean. Both sides, top and bottom
  • Hold by edges only and repeat to remove your fingerprints
  • Test to see if water pulls away from any surface. Rinse really well

Enameling base coats

  • Maak het koper schoon met staalwol en puimsteenpoeder. (Geen Brillo zeepsponsjes, die bevatten vet). Beide kanten moeten helder en schoon zijn.
  • Pak aan de randen vast en verwijder eventuele vingerafdrukken.
  • Test om te kijken of het stuk vetvrij is, het water moet als een film over het plaatje liggen en mag nergens wegtrekken. Goed spoelen.

NBDeze twee methoden geven je je onderlaag op je basismateriaal. De eerste methode heeft drie brandingen nodig. De tweede methode vereist een betere hand-oog coördinatie en finesse – maar je kan het met één keer branden doen. Tijdens deze brandingen kunnen standaard karakteristieken van emailles ontdekt worden:

  • De opake onderlaag vraagt iets meer hitte om glad uit te vloeien.
  • Een karakteristiek van de transparante onderlaag (flux of fondant genoemd) is dat het een roodachtig uiterlijk heeft als het bij te lage temperatuur gebrand wordt. Opnieuw branden bij hogere temperatuur maakt dat de roodachtige gloed verdwijnt en een heldere gouden onderlaag verschijnt.
  • Een groenachtige tint op beide onderlagen betekent dat het emaille iets te dun is aangebracht of dat het iets te heet gebrand is.
  • Zwarte plekjes: De lijmlaag was niet droog en is gaan koken tijdens het brandproces, er ontstaat een gaatje waardoor het koper is gaan oxideren. Alle onbedekte koper oxideert en er ontstaat een zwarte oxidelaag. Dit is een ongemak van koper en kan je werk verontreinigen (kleine zwarte spikkels in je latere werk) als het niet op de juiste manier wordt behandeld.

Het is het beste om vanaf het begin de juiste werkmethoden toe te passen en te ontwikkelen, omdat daar later de vruchten van kunnen worden geplukt.

Het draadwerk

  • Als de draad te veerkrachtig is: gloei de draad uit door het opgerold op een gaasje te leggen en het in de oven tot donkerrood te verhitten (2,5 minuut op 790°C is voldoende).
  • Teken je ontwerp op papier. Geef draaddikte en kleurschema aan (met kleurnummers!).
  • Vorm de draden volgens de tekening met pincet en vingers (NB Oostindische inkt op koper verbrandt restloos, eenvoudige kinderviltstiften ook).
  • Knip de gevormde stukjes af, doop ze in dikke Klyrfire en leg ze op de voorbereide ondergrond.
  • Plaats de draden volgens het ontwerp. Let op dat de draden niet “wegzwemmen” van hun plek (Klyrfire is te waterig). Als de draden niet op de juiste plek opdrogen kan met een vochtige penseel de draad voorzichtig losgemaakt worden en op zijn plaats gelegd.
  • Terwijl je eerste stuk droogt werk je aan het volgende. (Al mijn leerlingen maken twee identieke stukken, een met een witte onderlaag en een met een fondant onderlaag.)
  • Brand 2,5 tot 3 minuten op een veilige temperatuur en de draden zullen zich vasthechten op de onderlaag.
  • Draden die niet in de onderlaag gezakt zijn kunnen met een tafelmes zachtjes aangedrukt worden (in de eerste tien tot 15 seconden na het uit de oven halen)
  • Brand nog 30 seconden
  • Laat je stuk afkoelen terwijl je het andere brandt.
  • Slijp de randen onder stromend water af met de carborundumsteen.
  • Goed naspoelen.

KleurlagenEerste kleurlaag

  • Zet je emailles klaar in schone potjes, voorzien van naam en nummer, bevochtig met gedistilleerd water.
  • Opake- en opalescente emailles kunnen direkt gebruikt worden maar transparante emailles moeten gewassen worden om slib-emaille te verwijderen.
  • Het wassen van emaille: Voeg gedistilleerd water toe aan het emaillepoeder in een glas (ik gebruik een maatglas). Schud, laat bezinken (tien tellen) en giet het melkachtige water af.
  • Vul het glas opnieuw met water, schud, laat bezinken, giet af. Herhaal dit 5, 10 of 100 keer tot het water volkomen helder is.
  • Om te testen: Schud, met een kwart glas water, tel tot drie en het water moet volkomen helder zijn. Op dit punt vul ik mijn genummerde potjes.
  • Met kleine spateltjes wordt de natte emaille opgepakt en in het juiste celletje gelegd. De juiste hoeveelheid vocht is hier het grote geheim!
  • Vul je hele ontwerp, als dat mogelijk is, en bevochtig zo nu en dan met druppelaar of penseel om alles vochtig te houden. Als je werk te nat wordt, dep voorzichtig met absorberend papier.
  • Als alles gevuld is, hopenlijk overal een dunne gelijkmatige laag , tik tegen de rand van je stuk om het emaille dichter in elkaar te laten zakken, luchtbellen te laten ontsnappen, het water boven laten komen waar je het kunt opdeppen.
  • Zet je stuk op een standaardje te drogen.
  • Werk aan je andere stukken.
  • Brand op een veilige temperatuur (790°C), alleen als je pyrometer 100% nauwkeurig is) 2,5 minuut tot alle emailles glad zijn.
  • Laat afkoelen.
  • Brand ondertussen je andere stukken.
  • Slijp de randen onder stromend water om de oxidelaag te verwijderen.
  • Kijk kritisch naar je werk om voortgang te zien, te controleren op fouten, verontreiniging, overdenk verbeteringen, enz.

Volgende kleurlagen

  • Herhaal als boven tot alle cellen gevuld zijn tot de bovenkant van de draden, of iets erboven. Sommige transparanten komen het best tot hun recht als ze in vele dunne laagjes aangebracht en gebrand worden, anders zien ze er vlekkerig uit. Sommige kleuren laten hun ware kleur pas zien na drie of vier brandingen. Sommige reageren met het zilverdraad en hebben een dun randje van een andere kleur waar ze in kontakt komen met dat metaal.
  • Als het ontwerp het toelaat om alle kleuren in een keer te vullen moet toch rekening worden gehouden met 4 tot 5 vullingen en brandingen voordat het emaille hoog genoeg is voor de eerste slijpfase. Als je te vroeg slijpt zullen de draden afslijten en een braam geven, die bij de volgende branding ingebed zal worden in het omliggende emaille. Dat is zonde, dus vul overmatig voor het slijpen.
  • Waak tegen vervuiling terwijl je verder gaat. Alles dat in kontakt komt met het emaille is een bron van vervuiling die in het emaille opgenomen wordt als een troebele waas of erger. Jouw taak als slimme waarnemer is deze variabelen uit je werkplek te verwijderen. Ik zet mijn air-conditioner of ventilator uit terwijl ik emailleer, houd mijn kat van mijn schoot, vermijd het eten van gesuikerde koekjes en neem mijn werkplek en oven dagelijks af met een vochtige doek. Ik houd rekening met mijn kleding (niet die nieuwe pluizige mohair trui). Ik houd in de gaten welke penselen ik gebruik– niet die voor het aqaurelleren. Ik leg nooit in met een penseel omdat de glaskorreltjes tot in de binder kunnen gaan zitten en er nooit meer uitgewassen kunnen worden. Ik gebruik alleen een metalen spateltje of schepje om het emaille in te leggen. Elke stap vereist behoedzame, bedachtzame beschouwing zodat er geen vervuiling in je werk kan komen.

AfwerkingEerste slijpfase

  • Gebruikmakend van een grove carborundumsteen wordt het hele vlak bewerkt, vlak, altijd onder stromend water, totdat alle draden vrij van emaille zijn. Het stromende water spoelt het slijpsel weg en fungeert als een soort kussen om barsten van het glas te voorkomen.
  • Als alle draden aangeslepen zijn ben je klaar voor de volgende stap. Dit is een blinde stap, want je kunt het verschil tussen voor en na niet zien: dus borstel het stuk grondig onder stromend water met een glasborstel in een schurende en draaiende beweging gedurende drie minuten.
  • NB Carborundum stof, indien achtergebleven op je stuk, zal in de bovenlaag inbranden en er nevelig, schuimachtig uitzien. Het kan alleen maar verwijderd worden door weer te slijpen, weer schoon te maken met de glasborstel en opnieuw te branden.
  • Droog je werkstuk en bekijk het kritisch.
  • Lage delen (niet aangeraakt door de steen en daarom nog steeds glimmend) moeten worden bijgevuld.
  • Luchtbellen moeten worden opengemaakt met een scherpe kraspen, schoonmaken met de glasborstel, dan hervullen en branden.
  • Bramen moeten eraf geschraapt worden en verwijderd.
  • Brand 2,5 minuten op veilige temperatuur, laat afkoelen.
  • Slijp de randen.

Laatste slijpfase

  • Gebruikmakend van een fijne carborundumsteen wordt het hele vlak geslepen onder stromend water totdat het gelijk en glad is en alle draden vrij liggen.
  • Nu met glasborstel compleet schoonmaken. Je kunt het verschil tussen voor en na schoonmaken niet zien. Pas op!

De laatste afwerkfaseGlansbrandenBrand 2,25 minuut op veilige temperatuur. Laat afkoelen. Slijp de randen. Resultaat is een hoogglans finish

of

Mat afgewerktNa het glansbranden kan de hoogglans weggenomen worden door in een richting te slijpen met 600 wet&dry schuurpapier (onder stromend water). Resultaat is een heel gladde finish.

NBEen laatste laagje gekleurd glas op de achterkant (contra-emaille) maakt het geheel sterker. Ik breng over het algemeen twee lagen aan en gebruik mijn favoriete kleur – tenzij er een kleur aan de voorkant is die barstjes vertoont of tekenen van spanning in dat geval gebruik ik die kleur. Gewoonlijk gaan de barsten aan de voorkant hierdoor weg.

Klaar!!

Dianne MerrillDiane Merrill is a twenty-seven year resident of Marin County, California, USA. Born and raised on a New England farm she had the constant encouragement by her naturalist mother and artistic father. Creativity and experimentation were as natural as breathing.

While at the University of New Hampshire her first interests were pen & ink and monoprinting, later giving way to her first serious art form: cloisonné enameling. This she learned in the late sixties from her parents, Marianne & Andrew Pfeiffer, family friend Margaret Seeler, and William Helwig. She further developed these skills in the early seventies while attending Arizona State University and working as a local production silversmith. She began her professional enameling career in the Bay Area in the mid-seventies doing select street fairs while teaching cloisonné enameling at College of Marin and, in the early eighties, Dominican College. She holds two valid California Community College Instructor Credentials and over the years has taught artwork to hundreds of adults privately, in small workshops and in college classrooms.

In the late seventies she joined the Society for Creative Anachronism (SCA), a Medieval and Renaissance recreation group, which developed in her an interest and curiosity regarding the fine details and careful workmanship used by earlier artisans in the making and decorating of every kind of ware. This has led to an eclectic study (including early embellished papers) which is still growing. She took a class in Islamic Art History and is now excited to be learning the techniques of miniature painting and illuminated manuscripts by copying the originals.

In 1991 she shifted from cloisonné enameling to another ancient Oriental art form, gyotaku (also known as fish rubbing), which she prints on her handmade papers. These are now sold across the USA.

For twenty-two years she has worked with the public at Kaiser Hospital under very stressful conditions and has reduced the anxiety and warmed the hearts of many patients. She is constantly being praised for her smiles and compassion in a fearful environment. She loves working with people and her talent in this department glows.

Diane has held many private classes and workshops all over the country in various disciplines; some medieval and some modern. Her enthusiasm and cheerfulness makes her classes entertaining as well as artistically satisfying. She clearly loves to teach. Techniques that are very old, difficult or obscure appeal the most to her. In her classes students learn how ancient crafts evolved through the centuries to the present.

Currently Diane judges for the Sonoma County Fair committee in both the Arts and Crafts Divisions. She teaches workshops through the SCA and is on the College of Marin curricula, teaching Jewelry – Cloisonné Enameling. She administers and teaches her Hand and Spirit Art Therapy Program to the elderly and ill in Marin.